Op 7 mei 2020 heeft het Grondwettelijk Hof bij arrest nr. 58/2020 uitspraak gedaan over het beroep tot vernietiging tegen de wet van 19 september 2017 betreffende de frauduleuze erkenningen. De wet van 19 september 2017 wordt door het Grondwettelijk Hof gedeeltelijk vernietigd, met name artikel 330/2, vijfde en zesde lid BW die betrekking hebben op de beroepsmogelijkheid tegen de weigering van de ambtenaar van de burgerlijke stand om akte te nemen van een frauduleuze erkenning.