Frauduleuze erkenningen

Frauduleuze erkenningen

Regelgeving
- Omzendbrief frauduleuze erkenningen (Staatsblad 26/3/2018)
- Wet frauduleuze erkenningen van 19 september 2017 (Staatsblad 4/10/2017, inwerkingtreding 1/4/2018) nadien gewijzigd door de inwerkingtreding van de DABS (de Wet van 18 juni 2018 houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing (BS 2/7/2018) en de Wet van 21 december 2018 houdende diverse bepalingen betreffende Justitie (Staatsblad 31/12/2018))
- Gecoördineerde versie Burgerlijk Wetboek.

Basis
De ambtenaren van de burgerlijke stand dienen sinds 1 april 2018 een actieve en preventieve rol te vervullen in het kader van de strijd tegen frauduleuze erkenningen, dit wil zeggen een erkenning die er enkel op gericht is voor zichzelf, het kind of de andere ouder een verblijfsrechtelijk voordeel verbonden met de vaststelling van de afstammingsband te geven.
VLAVABBS stelde in 2018 een samenvatting van de nieuwe regels ter beschikking aan de hand van de presentatie gebruikt in de infosessies in Hasselt en Gent (2018) en bijgewerkt aan de principes van de Omzendbrief. Ten slotte presenteert de vereniging een reeks model-documenten (m.i.v. modellen voor de akte van aangifte van erkenning op basis van de Omzendbrief). Opgelet deze presentatie en modellen werden niet aangepast aan de inwerkingtreding van de DABS én het tegelijkertijd wijzigen van de regels inzake de voor te leggen documenten (in het bijzonder de afschaffing van de verplichting voor moeder en erkenner een geboorteakte voor te leggen, waardoor ook de desbetreffende passages in de Omzendbrief overbodig zijn geworden).

De erkenning verloopt wettelijk in drie fasen:
1. de aangifte van erkenning onder voorlegging van wettelijk bepaalde documenten tegen ontvangstbewijs
2. het ondertekenen van de aangifte van erkenning, waarvan het model werd bepaald bij KB van 30 januari 2019 tot vaststelling van het model van aangifte van huwelijk en het model van aangifte van erkenning, de wijze van verzending van documenten en de wijze waarop meldingen gebeuren (Staatsblad 15/02/2019)
3. het acteren van de erkenning (in de geboorteakte of een prenatale of postnatale erkenningsakte).

Het uitgebreide werkproces met alle wettelijke stappen en tijdsintervallen (bijgewerkt aan de inwerkingtreding van de DABS en de wijzigingen inzake de voor te leggen documenten) vindt u op de website werkprocessen met paswoord VLAVABBS.

Enkele aandachtspunten:
- de bevoegdheid van de notarissen om een erkenning te acteren wordt afgeschaft
- de ABS is enkel bevoegd als geboorteplaats van het kind of wanneer de erkenner, de andere ouder of het kind ingeschreven zijn in het bevolkings- vreemdelingen- of wachtregister van je gemeente. Opgelet: indien geen van de partijen een inschrijving heeft of de actuele verblijfplaats stemt om gegronde redenen (bv. ziekenhuis, gevangenis, …) niet overeen met de inschrijving, kan de aangifte van erkenning ook bij de ABS van de actuele verblijfplaats gebeuren
- voortaan moeten verplicht een reeks wettelijk bepaalde documenten bij elke erkenning voorgelegd worden: de ABS vraagt de Belgische akten zelf op, partijen die ingeschreven zijn in het bevolkings- of vreemdelingenregister worden vrijgesteld van het voorleggen van nationaliteit, burgerlijke staat en inschrijving (een print uit het Rijksregister wordt bij het dossier gevoegd)
- een procedure voor de weigering van het ondertekenen van de aangifte van erkenning wordt ingevoerd wanneer de erkenner in gebreke blijft alle documenten voor te leggen of wanneer de ABS de geldigheid of echtheid van deze documenten niet erkent - het ondertekenen van een aangifte van erkenning is verplicht voorgeschreven bij elke erkenning (of ze nu in de geboorteakte plaatsvindt of in een aparte erkenningsakte voor of na geboorte) en dit ongeacht de nationaliteit of verblijfsstatus van de partijen
- de aangifte van erkenning wordt enkel ondertekend door de ambtenaar van de burgerlijke stand (of de gemachtigde beambte) binnen de dwingende termijn van een maand na afgifte van het in art. 327/2 § 1 1e lid bericht van ontvangst (eventueel verlengd met drie maanden bij twijfel over de geldigheid of echtheid van de voorgelegde documenten) (art. 327/1 § 2 BW)
- de Omzendbrief bevestigt dat het ontvangstbewijs tot bewijs van afgifte van de documenten niet moet afgeleverd worden indien de aangifte onmiddellijk wordt opgemaakt en ook het acteren van de erkenning onmiddellijk plaatsvindt - bij ernstig vermoeden van frauduleuze erkenning (de Omzendbrief beklemtoont dat niet elke erkenning met een buitenlands aspect verdacht is en dat een erkenning nooit kan geweigerd worden om het loutere feit dat een van de partijen illegaal in het Rijk verblijft) kan het acteren van de erkenning uitgesteld worden gedurende ten hoogste twee maanden vanaf datum van het ondertekenen door de ABS of gemachtigde van de aangifte van erkenning en het advies gevraagd worden aan het parket (dit kan de termijn van twee maanden verlengen met een periode van drie maanden)
- bij een weigering van het acteren van een erkenning omwille van een frauduleuze erkenning moet een gemotiveerde weigeringsbelissing worden opgemaakt, de erkenner kan in beroep gaan bij de familierechtbank tegen de beslissing van de ABS (en niet meer door een procedure van vaststelling van moederschap, vaderschap of meemoederschap in te stellen zoals aanvankelijk in de wet was voorzien; deze bepaling werden echter vernietigd door Arrest nr. 58/2020 van het Grondwettelijk Hof).

Veelgestelde vragen frauduleuze erkenningen

Frauduleuze erkenningen: rol ambtenaar van de burgerlijke stand - veelgestelde vragen congres 2018 (houdt geen rekening met inwerkingtreding DABS)
Herman Palsterman & Maurice Goffart (VLAVABBS)
De vragen en antwoorden